Hoofdstuk XXVI. Het jaar 2024.

Traditioneel begint het jaaroverzicht met de situatie aan het begin van het jaar. De coronapandemie was definitief (?) voorbij en er waren dit jaar daarvoor geen beperkingen meer. Ik ben nog altijd lid van het bestuur van het Huurdersplatform van woningcorporatie De Woonplaats en dat zou nog moeten duren tot maart 2025, als mijn mandaat afloopt. Of ik voor nog een periode van drie jaar ga weet ik nog niet. Ik ben ook nog lid van de ‘klankbordgroep’ van mijn gepensioneerdenvereniging, maar ik betwijfel of dat lidmaatschap het einde van dit jaar gaat halen. Met het lidmaatschap van de vaste commissie voor de commerciële sector, van de Verenigingsraad van de Woonbond ben ik in feite al gestopt en dat zal dit jaar naar verwachting helemaal gebeuren. Wel ben ik nog lid van de Hollandse Vereniging voor Genealogie “Ons Voorgeslacht” en ben ook niet voornemens dit lidmaatschap te beëindigen. Datzelfde geldt voor de Moerdregste Historische Vereniging. Per april 2024 ben ik lid geworden van de Nederlandse Vereniging voor Genealogie (NVG). Ik ben geabonneerd op de New York Times, The Guardian en de Times of Israel. Ook mijn beide b.v.”s , Invictus b.v. en Qatraze b.v. zijn nog intact (op en laag pitje) actief. Ik ben ook nog lid van MyHeritage en 23andme, zowel voor het medische als voor het genealogische deel. Ik wandel nog veel (gemiddeld zo’n 5 km per dag) en fietsen op mijn driewielfiets doe ik ook, zij het niet dagelijks. Ik woon nog altijd waar ik al meer dan 10 jaar woon, en heb weliswaar veel relaties, maar geen vaste.

Het bezoek aan mijn websites liep verder op. Voor de standen verwijs ik naar de aparte pagina op deze website.

Wat mijn gezondheid betreft: per 1 januari 2024 had ik al jaren geen medische behandeling van enige betekenis gehad en gebruik ik ook nog altijd geen enkel medicijn.

Vroeg op oudejaarsavond 23/24 is broer Jan gevallen terwijl hij op zijn toilet zat en kwam pas na de jaarwisseling weer bij. Hypo. Het duurde even voordat ik dit allemaal meekreeg en heb mij ingezet om hem zo snel mogelijk te bezoeken in het Sint Franciscus Gasthuis te Rotterdam, mits hij het kon hebben uiteraard. Dat lukte uiteindelijk op donderdag 11 januari 2024.

Maandag 1 januari 2024: De oud- en nieuwviering.

De oudejaarsdag ging niet zonder horten en stoten voorbij. Eerst had ik mij voorgenomen om des avonds zoervleisj te maken. Dat doe ik te weinig, vreemd eigenlijk, want ik vind het één van de lekkerste maaltijden en ik gebruik hem maar eens in de zoveel maanden. Al ’s morgens vroeg haalde ik dus de meukvrije stooflappen uit de diepvries, want die kunnen dan mooi langzaam ontdooien. Ik was lekker bezig met van alles en nog wat, onder andere de jaarlijkse opname van de waterstand onder de vloer, waarvoor ik steeds een stuk van de vloerbedekking moet weghalen. Dus ik ben er altijd wel even zoet mee. Waarom het waterbedrijf steeds de stand van 31 december wil hebben, heb ik nog niet kunnen bedenken. Ik zat weer uithijgend op de bank, nadat ik alles weer in de oude staat had teruggebracht en ik de standopgave aan de leverancier had gedaan. Ik keek op de klok en het was precies vier uur. Alle mensen wat een drama. Helemaal vergeten om op tijd de stooflappen op te zetten. En aangezien ik ze echt de hele vier uur stoven wil geven, betekende dat dus meteen een laat dinertje. Ben dus meteen naar de keuken gestoven, en heb het vlees op de voorgeschreven wijze opgezet. Dit late diner had meteen ook tot gevolg dat ik met het maken van de oliebollen, ook een lange traditie van me, ook extra laat zou gaan beginnen. Maar alles moest nog gemakkelijk voor middernacht klaar kunnen zijn. Tot ik mij om kwart over vijf plots realiseerde dat ik geen olie voor de -bollen in huis had gehaald. En ik had nog wel speciaal voor de gelegenheid een nieuwe friteuse gekocht. Hoe laat zouden de winkels op oudejaarsavond sluiten? Bij opzoeken bleek dat hier om 18.00 uur te zijn, dus ik was maar net op tijd. Zelfs de wagentjes waren al door het personeel naar binnen gehaald en vastgezet, dus men rekende al niet meer op een klant. Ik moet de laatste geweest zijn. Dus was ik ook de laatste klant van 2023. Die prijs had ik nog niet eerder. Om half negen zat ik dus aan de zoervleisj-maaltijd, waarop ik nog een nieuwe variant had bedacht. V E R R U K K E L I J K. Tegen half tien kon ik dan eindelijk met het oliebollenbeslag beginnen. Maar dit beslag moet dan ook nog een een uur rijzen, dus kon ik om kwart voor elf met bakken beginnen. De buurvrouw, die het de laatste maanden zo zwaar heeft met haar gezondheid, had me al eerder gevraagd of ik nog even langs wilde komen om het nieuwe jaar in te luiden. Dat had ik ook toegezegd, maar ik kon bezwaarlijk midden in het bakken weglopen, dus ik moest dat tot mijn spijt afzeggen. Jammer, maar helaas. Het bakken ging sneller dan verwacht en om kwart voor twaalf was dat af. Dus kon ik toch nog naar de buuf om het glas te gaan heffen. Heb ik toch nog aan al mijn oudejaarsdagverplichtingen en -afspraken voldaan.

Woensdag 3 januari 2024. Vlees en bladeren.

De oliebollen zijn weer op en het huis is weer schoon. We kunnen dus weer met nieuwe avonturen beginnen. En het zoervleisj was zoveel, dat ik daar ook nog een tweede dag van kon smullen. En daarna zijn we op de gewone tour verder gegaan. Ik was weer eens bij onze slager. Van de meukvrije slager was me al eerder opgevallen wat voor vreselijk grote stukken vlees, zoals karbonades, die hebben. “Schnitzels als deurmatten” las ik eens op een reclamebord. Maar een schnitzel kun je makkelijk halveren, maar een karbonade of een kippenpoot kun je niet simpel in tweeën snijden, dus ik besloot dan maar enkele karbonades bij de gewone slager te kopen. Maar toen ik eenmaal thuis met zo’n karbonade bezig was, viel me pas op dat ook de karbonade van de gewone slager erg groot was. En ik kreeg hem echt niet helemaal op. Ik neem me heilig voor om voortaan alleen nog maar vlees te kopen, dat ik makkelijk in kleinere porties kan indelen. Ik wil eerder zuiniger met vlees omgaan, dan dat ik zou streven naar steeds grotere stukken vlees. Heb ik toch nog een goed voornemen voor 2024 gemaakt. Verder viel me bij het wandelen enorm op dat de gemeente nog altijd niet de stoepen hier heeft ontbladerd. Dan loop je toch door een soort bladerdrab, waarbij ik enorm moet uitkijken waar ik precies mijn voeten neerzet, om uitglijden te voorkomen. Ik realiseerde me ook dat als er straks een wit winterlaagje overheen gaat, dat ik dan helemaal niet meer weet waar het glad kan zijn. De gemeente Haren moest worden opgeheven, en gevoegd bij de gemeente Groningen, omdat Haren financieel niet meer zijn eigen broek kon ophouden. Nu begrijp ik hoe de gemeente Groningen de tekorten oplost: de service aan de burger afschaffen. Want onder Harens beheer waren de stoepen altijd schoon. Nu niet meer. Ik weet nog niet hoe ik dat straks ga oplossen.

Zondag 7 januari 2024. Een witte wereld.

Toen ik gisteravond laat naar bed ging, keek ik nog even uit het raam. Tot mijn stomme verbazing keek ik naar een witte wereld. De paden waren nog wel zwart, dus het zou te belopen moeten zijn, maar op al het groen, en dat is hier nogal wat, was een laagje wit gevallen. We gaan dus toch nog de winter in. En ik had er stiekem al een beetje op gerekend dat we de winter inmiddels wel gehad hadden. Niet dus. En er kan zelfs nog meer komen. Dus dat wordt uitkijken bij het wandelen, fietsen of boodschappen doen.

Donderdag 11 januari 2024. Mijn waterverbruik.

Ik kreeg dezer dagen de eindafrekening van mijn waterverbruik. Ik bleek vorig jaar in totaal aan € 180,09 aan water te hebben verbruikt. Aan voorschotten was in totaal door mij € 180,29 betaald. Dus dat was € 0,20 teveel!! Dat moet toch beter kunnen. Ik moet nog uitrekenen om hoeveel liter water dit gaat. Maar dit jaar zal ik toch minder koffie moeten nemen.

Vrijdag 12 januari 2024. Broer Jan.

Inmiddels is het bezoek aan broer achter de rug, en intussen is vanmorgen zijn operatie ook geslaagd. Het was een hectische dag, waarbij de informatie en de misverstanden elkaar snel opvolgden. Het was dus ook een lange dag. Met heel vroeg op en ook weer heel laat huis. Daarna wel geslapen als een blok en vanmorgen laat op. Maar we kunnen er dan nu ook weer tegen. En uiteindelijk gaat alles dus nu weer goed.

Maandag 15 januari 2024. Boodschappen voor mijn zieke buurvrouw.

Ook gisteren ben ik weer boodschappen gaan doen, ook voor de buuf en zelfs twee keer. Waaronder een keer in de Oostwijk. Dat laatste om toch weer eens wat kilometers te maken, om mijn moyenne wat op te voeren. Ik merk steeds weer dat het toch lastig is om voor iemand anders boodschappen te doen. Er blijken dan steeds weer meerdere keuzes mogelijk te zijn, op een een ogenschijnlijk simpel verzoek. En welke variant met je dan kiezen? Gisteren bijvoorbeeld was een verzoek ‘300 gram rundergehakt.’. Daar blijken dan in de supermarkt drie varianten van te zijn: rundergehakt, biologisch rundergehakt en mager rundergehakt. Alle drie in verpakkingen van 300 gram. Welke neem je dan mee? Een ander verzoek: een pak koffie ;’dolce gusto’, soort ‘espresso’. Ik weet uit ervaring dat van elke koffiesoort er meerdere varianten te zijn, dus ik zoek het toch maar eerst even op het internet op. Ik kende het koffiezetsysteem ‘dolce gusto’ niet, dus dat moest ik eerst ontdekken. Daar blijken dan vier soorten van te zijn, maar de soort ‘espresso’ kwam daarin niet voor. Dus gaf ik de buuf de keus welke ze dan wel daarvan wilde. Ze koos voor ‘grande intenso’ van het merk Nescafé. In de winkel aangekomen bleek het dan toch weer anders te zijn dan ik had opgezocht, bovendien kwam ik er achter dat van het merk Nescafé, bij de keus ‘dolce gusto’ er een kleine en een grote verpakking bestaat. Bovendien zijn niet alle soorten in een grote verpakking te verkrijgen en de soorten in een kleine verpakking zijn niet allemaal dezelfde als in de grote verpakking. Zij grijpt zelf uiteraard meteen naar het pak dat ze wil hebben, zonder zich elke keer af te vragen welke varianten er verder nog mogelijk zijn. Dat doet iedereen zo, vermoed ik. Ze nam genoegen met de keus die ik had gemaakt. Gelukkig maar, anders had ik weer terug gemoeten.

Donderdag 18 januari 2024. Bunde.

Gisteren weer een dagje Achterhoek. Vanwege de vele waarschuwingen voor gladheid en sneeuw ging ik toch een beetje met angst en beven weg: als ik maar weer heelhuids thuiskom. Het viel enorm mee. Zowel op heen- als op terugweg kon ik overal vlot doorrijden en was er ook geen enkele gladheid. Die bleef blijkbaar in Limburg en Noord-Brabant steken. Van de gelegenheid maakte ik gebruik om weer eens naar mijn Duitse super in Bunde te . Dus op dat front heb ik voorlopig ook niets meer nodig. Het gebeurt me niet vaak, dat ik twee keer achter elkaar naar de Chinees ga. Dat was deze keer dus op zowel dinsdags als woensdag het geval.

Donderdag 25 januari 2024. Raapstelen.

We zijn wel terug in het ‘oude’ patroon, met ook regelmatige wandelingen en fietstochtjes. En ook weer terug bij mijn supergroenteboer. Er waren weer raapstelen! Meteen dus maar gekocht voor de komende periode.

Maandag 29 januari 2024. Mijn keukenkastjes.

Dat was een rustig weekend. Twee dagen leuke veldritten in de middagen en toch nog kans gezien nog een stuk te lopen ook. Ook begonnen met het grondig leegmaken, schoonmaken en opruimen van enkele keukenkastjes. Op de hoger gelegen planken kom ik eigenlijk bijna nooit, want daar heb ik een trapje voor nodig. Dit keer dus wel. En van wat daar stond en lag kon zeker de helft weg. Dus de vuilnisman doet aan mijn huishouden weer eens goede zaken. En tijd gevonden om mijn bijeenkomsten van deze week weer goed voor te bereiden.

Dinsdag 30 januari 2024.

Dagje Utrecht en Leusden.

Zaterdag 3 februari 2024.

Eerste dag cursus ‘Genealogie voor gevorderden’. Lift naar Rotterdam gekregen voor bezoek aan broer Jan in het Franciscusgasthuis.

Maandag 12 februari 2024 naar Winterswijk, om het bestuur aldaar bij te staan bij het nieuw ontwerpen van hun statuten. Dat is altijd een weerbarstig onderwerp, waar niet iedereen om zit te springen. Je kunt haast geen moment de aandacht laten verslappen. Maar we hebben ons er helemaal doorheen geworsteld. Dinsdag 13 februari naar Enschede, voor het periodieke overleg met de beide huurderscommissarissen. Dit is altijd een onvoorspelbaar gebeuren en dat geldt ook voor het overleg met de voltallige RvC. Soms ben je al na een half uur klaar, als er een uur voor staat, een volgende keer ben je wel anderhalf uur bezig en na afloop bedenk je dan altijd nog wel iets, wat je ook nog had willen zeggen of bespreken. Die laatste situatie deed zich dinsdag voor. Een levendige discussie met relatief veel onderwerpen. Woensdag 14 februari was dan de bestuursvergadering, opnieuw in Enschede, met aansluitend het overleg met de leiding van De Woonplaats. Gisteravond was ik – via de Chinees – om een uur of acht weer thuis. Ik had verwacht dat ik – na drie lange dagen – op dat moment compleet gesloopt was, maar dat viel eigenlijk reuze mee. Ook heb ik vanmorgen niet bijzonder lang uitgeslapen. Het lijf en de geest kunnen dus nog altijd drie drukke dagen achter elkaar goed aan. Vanaf vandaag breekt een rustiger periode aan, hoewel ik uit de afgelopen drie dagen ook weer het nodige huiswerk heb meegenomen. Daar gaan we dan vanaf vandaag weer mee beginnen.

Donderdag 1 maart 2024.

Een nieuwe printer aangeschaft en geïnstalleerd.

Zaterdag 3 maart 2024. Treinmalheur.

Opnieuw een welbestede dag. Een dagje cursus, met als hoofdonderwerp: de weeskamers, en bezoek aan broer Jan in Rotterdam. Op de terugweg naar huis liepen de verbindingen van de NS weer eens compleet in de soep. Met ook deze keer gecombineerd met de gebruikelijke desinformatie van de NS. De intercity via de polder naar Groningen vertrok al met 10 minuten vertraging uit Den Haag, maar dat werd me pas op het nippertje duidelijk. De eigen trein uit Rotterdam was ook vertraagd, dus ik verkeerde lang in de veronderstelling dat ik de trein naar Groningen in Leiden niet meer kon halen. De conducteur in onze trein was zelfs ook opgelucht, want die meldde via de omroep, dat de passagiers in Leiden die trein ’toch nog’ konden halen. Dat was ook zo en dat ging zelfs met gemak. Alleen deze trein raakte in de loop van de rit steeds verder achter op de dienstregeling. Nu zit er in Assen een ruime marge van 12 minuten om daar de bus te kunnen halen en voor de stoptrein naar Haren is de marge zelfs nog enkele minuten groter. Dus in de praktijk is dat nooit een probleem. Totdat de vertraging in Zwolle van mijn trein zo groot was geworden, dat de NS besloot om de stoptrein uit Zwolle naar Groningen eerder te laten vertrekken dan de intercity. Ik snapte deze beslissing niet, want nu was er het risico dat de intercity achter de stoptrein zou gaan sukkelen en kort voor elke halte tot stilstand zou komen en de vertraging nog veel verder zou gaan oplopen. Bovendien kon ik zo de voor ons rijdende stoptrein in Assen dus ook nooit meer halen en de bus in Assen al helemaal niet. Ik werd een beetje gerustgesteld dat de hele reis lang de app aangaf dat de intercity 6 minuten eerder in Assen zou aankomen dan de stoptrein. Hoe ze dat dachten te realiseren werd niet vermeld en ik realiseerde me dat er tussen Zwolle en Assen geen mogelijkheid is dat treinen elkaar daar gaan inhalen. Er is bij mijn weten nergens een parallelspoor op dat stuk. In Assen zou de stoptrein zelfs vijf minuten extra blijven staan, dus qua tijd moesten we hem zeker nog kunnen halen. Zelfs in de trein riep de omroepster nog enthousiast kort voor aankomst in Assen dat we op tijd zouden zijn voor de overstap. Dus de app en ons treinpersoneel zeiden hetzelfde. Zou het dan toch nog kunnen gaan kloppen? Maar hoe dan? Want ook in Assen is geen extra spoor, behalve dan eentje die komt uit Groningen en die in Assen op een buffer doodloopt. Dus dat wordt een enorm gezaag of onze trein komt aan op het spoor bestemd voor de treinen richting Zwolle. Wat zou het worden? Kort voor station Assen kwam het antwoord van NS. Onze trein stopte, in een weiland vlak voor het station. Uiteraard kregen de passagiers geen enkele informatie. Sommige passagiers wilden eruit om dan maar lopend naar het station te gaan om de stoptrein alsnog te kunnen halen. Maar dat mocht niet. Onze trein bleef gewoon staan totdat de stoptrein goed en wel vertrokken was en meerde toen aan bij hetzelfde perron. De stoptrein én de bus hadden we nu dus definitief gemist. Het idee kon ook niet. Er was gewoon nergens een extra spoor waar de intercity de stoptrein kon inhalen. Dat moeten ze bij de NS toch ook geweten hebben? En ook bij de volgende haltes, Haren en Europapark, moet de intercity achter de stoptrein zijn aangesukkeld. Vanaf Europapark naar Groningen is er dan wel een inhaalmogelijkheid. De intercity had in Assen al twintig minuten vertraging en zal in Groningen nog meer vertraging hebben gekregen. Ik ben dus in Assen achtergebleven. Dan komt er na tien minuten dus eerst nog een intercity richting Groningen, die voorafgaat aan de volgende stoptrein en daarna de volgende stoptrein naar Haren en verder. Ik was zo’n drie kwartier langer dan verwacht onderweg. Maar kwam nog wel kort voor middernacht thuis.

Dinsdag 5 maart 2024. Nog meer treinmalheur.

Maandag waren er weer de nodige NS-perikelen. Ik was weer eens onderweg naar Rotterdam voor een gesprek met het ziekenhuis, en de heenrit verliep zoals zo vaak, voorspoedig en geheel volgens dienstregeling. Op de terugweg merkte ik te Rotterdam dat ik de trein naar Leeuwarden (overstappen in Zwolle) van 15.35 uur nét niet kon halen. Dus dat zou dan de trein naar Groningen van 16.05 uur moeten worden. Dus ik nam het er even van met een milkshake van de Smullers. Gezeten op een bankje gleed mijn blik over het vertrekscherm. En daar zag ik plots bij de vertrektijd van de trein naar Leeuwarden “+10 minuten”. Dus hij stond er nog en ik kon nog mee. Dus ik naar die trein en ik ging nog mee. Een heel erg foute keuze, zo bleek later. Had ik het maar nooit gedaan. Eenmaal vertrokken zag ik in de NS-app dat er rond Gouda een bovenleiding was gesneuveld, waardoor treinen daar rondom in de vertraging kwamen. Dat gebeurde ook, en de trein kwam met zeker een kwartier vertraging te Utrecht aan. Omdat hij hier volgens dienstregeling acht minuten zou staan, zou hij met 7 minuten vertraging kunnen vertrekken. Maar dat gebeurde niet. Ik zat op spoor 12 in de bovenverdieping van de trein en keek precies op het display van het station. Daar liep de vertraging steeds verder op. Met telkens vijf minuten, en dat werden uiteindelijk 20 minuten. Al die tijd: geen enkele mededeling van NS: niet in de app, niet op het station en ook niet in de trein. Met vertraging van 20 minuten op het bord was er dan plots de stem van een NS-medewerkster in de trein:”Dames en heren, de deuren klemden, maar zijn nu weer hersteld en u kunt dus nu de trein verlaten”. Verwarring. Moest nu iedereen de trein verlaten, of alleen de mensen die er in Utrecht uit hadden gewild? Langzaam maar zeker liep de trein toch leeg en ik ging dus ook maar de trein uit. Eenmaal op het perron was de stationsomroeper aan de beurt. “Dames en heren. Reizigers richting Amersfoort kunnen op spoor 11 (aan de andere kant van het perron dus) op de trein naar Deventer stappen.”. Dan moesten die er dus blijkbaar in Amersfoort weer uit, om de trein naar Zwolle en verder te nemen. Dus ging de hele meute de trein naar Deventer in, die al snel stampvol zat. En toen kwam de NS-medewerkster van de trein naar Deventer, die snel doorhad dat er iets heel vreemds gebeurde, in actie. “De trein naar Groningen staat nu op spoor negen. “. Dus stroomde de trein naar Deventer weer grotendeels leeg, ging de hele meute de trappen af en bij het volgende perron weer op. In zo’n situatie ben ik de verliezer. Want bijna iedereen is dan sneller dan ik over die trappen. En daar stond dan die trein. Dat was dus de trein die om 16.05 uur uit Rotterdam zou vertrekken en ook is vertrokken en die ik eerder had willen nemen. Deze trein was enorm lang: wel drie treinstellen achterelkaar. Goed voor zo’n 1500 mensen. Maar hier moesten dus alle reizigers naar zowel Leeuwarden als Groningen in mee. Zoveel mensen stonden uiteindelijk wel op dit perron. Als late instapper waren alle zitplaatsen dus wel vergeven. Dus moest ik staan. Van Utrecht tot Zwolle om precies te zijn. In Zwolle ging de helft eruit, want die mensen moesten immers naar Leeuwarden. Het gaat al vele jaren zo: bij een stremming is er een totaal gebrek aan informatie en als die komt is hij 50% zeker totaal onjuist. Enigszins geradbraakt kwam ik om een uur of zeven weer thuis.

Zaterdag 9 en zondag 10 maart. Het WK Schaatsen Allround.

Het werd bij de vrouwen inderdaad een ‘clean sweep’, de nummers 1, 2 en 3 waren Nederlandsen, en bij de mannen won inderdaad supertalent Jordan Stolz uit de V.S., met Patrick Roest als tweede. Verder loop ik al een aantal dagen te weinig, dus dat moet ik toch weer wat gaan ‘inlopen’.

Dinsdag 12 maart 2024. Rotterdam.

En dat was nog maar weer een dagje Rotterdam. Jan loopt alweer met een looprek, maar nog wel stapje voor stapje. Ik zie nog niet dat hij binnen enkele dagen weer uit het ziekenhuis weg kan. Wel heb ik zo wat loopachterstand weggewerkt, terwijl alle treinen die ik had, allemaal heel mooi op tijd waren. Dat gaat ook meestal wel goed.

Donderdag 14 maart 2024. Buuf Iet en Hutspot met klapstuk en ander vlees.

Dat was een soort buurtfeestje in een plaatselijk café. De buuf die enkele maanden zo ziek was geweest, had allen die haar in die tijd hadden geholpen, uitgenodigd voor een drankje en een hapje, waarbij ze tevens haar tachtigste verjaardag vierde. Ik heb ze niet echt geteld, maar met de natte vinger houd ik het toch op een stuk of dertig personen. Dat is toch mooi dat je op je 80e nog zoveel lieve mensen om je heen weet. Ik betwijfel of dat mij zou lukken. Ik weet eigenlijk wel zeker van niet. Dat komt onder andere ook, omdat haar familie- en vriendenkring bijna volledig in het noorden des lands woont. Dat is bij mij niet zo. Mijn familie- en vriendenkring is over het hele land verspreid. En ik zie verreweg de meesten daarvan niet naar Groningen afreizen, als ik ze zou uitnodigen voor een aangeklede borrel: veel te ver weg. Verder heb ik weer een stuk klapstuk veroverd bij de plaatselijke slager en wordt vandaag ook een nieuwe lading vlees verwacht van de meukvrije slager. Dus dat wordt vanavond hutspot met klapstuk. Met genoeg over om weer eens wat maaltijden in te vriezen voor later.

Zondag 17 maart 2024. Broer Arie vandaag 85, cursus in Delft en treinperikelen. 

De tijd vliegt. Gisteren een dagje Delft (cursus) en Rotterdam (zieke broer Jan). En zowel op de heenreis als de terugreis ging het weer helemaal mis bij de NS. Dat gebeurt de laatste maanden zo vaak, dat je je begint af te vragen of het waar is, dat het de laatste tijd steeds slechter gaat met de NS. Toch kan het nog steeds toeval zijn dat het mij overkomt, omdat ik uiteraard maar één klant ben tussen miljoenen anderen. Op de heenreis stond de trein plots stil vlak voor het bereiken van station Utrecht Centraal. Zoals gebruikelijk zonder enige informatie, behalve dan de mededeling dat we stilstonden. Maar dat was geen enkele passagier ontgaan. Na zo’n twintig minuten ging de trein weer verder. Maar op Utrecht Centraal bleef hij opnieuw extra lang staan. Ook weer zonder uitleg. Met een vertraging van dik een half uur ging de trein weer verder. Kort voor Gouda kwam de mededeling in de trein dat deze niet verder zou gaan dan Gouda. Dat gebeurt wel vaker: met te veel vertraging wordt de hele trein uit de dienstregeling genomen. Bij aankomst in Gouda verscheen op het display de mededeling dat de trein waar ik net uit kwam weer terug zou gaan naar Groningen. Blijkbaar zonder eerst naar Rotterdam te gaan. Dus dan verder met de stoptrein naar Rotterdam: bomvol, maar ik kon nog wel zitten. Ik kwam een uur later dan gepland bij de cursus aan en had veertig minuten les gemist. Het ritje van Delft naar Rotterdam ging zonder problemen. Maar terug vanaf Rotterdam ging het toch weer in de soep. Bij binnenwandelen van station Rotterdam Centraal miste ik maar net de trein van 19.35 naar Leeuwarden. Geen probleem, want ik had toch liever de trein van 20.05 naar Groningen. Dus ik had alle tijd voor een milkshake. Zittend op een bankje zag ik op het display verschijnen dat de trein naar Groningen een vertraging had van 10 minuten. Nog enkele minuten later kwam de melding dat de trein van 20.05 naar Groningen helemaal niet zou rijden. Uiteraard kwam er verder geen enkele mededeling wat een passagier dan verder zou moeten doen. Ik besloot toch maar alvast die richting op te gaan en ik nam de intercity van 19.50 naar Utrecht. De app gaf ook geen enkele informatie. Wel zag ik iets later toen ik al in Utrecht was, dat de trein uit Rotterdam naar Groningen van 20.05 uur, met een minut vertraging uit Gouda was vertrokken. Hoe kan nou een niet-vertrokken trein een minuut te laat zijn? In Utrecht nam ik dan de intercity naar Almelo en ik zou dan wel op de een of andere manier van Amersfoort naar Zwolle moeten komen. Echter de trein naar Almelo vanaf Utrecht kreeg prompt zelf ook vertraging. Uiteindelijk een minuut of tien. Er was een technisch mankement aan de trein. De ‘spooktrein’ van Rotterdam naar Groningen, zou maar twee minuten later uit Utrecht vertrekken. Het scheelde niks of ik had de tweede keer dezelfde trein naar Groningen gemist. Die kon ik in Amersfoort maar net halen. Hij bestond dus inderdaad: de trein uit Rotterdam naar Groningen van 20.05, alleen is hij niet uit Rotterdam vertrokken, maar waarschijnlijk vanuit Gouda. Net als ’s morgens was gebeurd. Uiteindelijk kwam ik precies op de geplande tijd in Assen aan. Maar dat was niet dankzij de NS, maar als gevolg van eigen calculatie.

Woensdag 20 maart 2024.

Er was weer een Algemene Leden Vergadering van het Huurdersplatform in Aalten. Met een avontuur kwam ik weer thuis. Zie aldaar.

Donderdag 28 maart 2024. Fitheid.

Voor het eerst in lange tijd, vast wel meer dan een jaar, ben ik weer eens van huis naar het hoofdstation van Groningen gelopen. Dat is toch een kilometer of 6. Een kilometer meer of minder kan ook. Al was het maar om mezelf te bewijzen dat ik het – in geval van nood – nog kan. En het ging inderdaad. Ook de gewoonte om na een lange wandeling nog even vergeten boodschappen op te halen, heb ik weer gebotvierd. Het systeem kent dit woord niet, maar hopelijk de lezer wel. Ook heb ik weer twee boeken besteld, zodat de stapel nog ongelezen boeken inmiddels zeker acht exemplaren is. Ik heb dus wat leesachterstand. Gewoon stug doorgaan is het enige dat ik hierop kan bedenken.

Zondag 31 maart 2024. Eerste Paasdag. Nog meer treinperikelen.

Zaterdag liep het openbaar vervoer voor mij zover in het honderd, als ik het misschien nog nooit eerder heb meegemaakt. In de weekends wordt extra onderhoud gepleegd, omdat het dan minder druk op het spoor is dan doordeweeks. Tot zover eens. Ik stelde vrijdag al vast dat er zaterdag zowel helemaal geen spoorwegverkeer was tussen Den Haag en Rotterdam, als tussen Nunspeet en Zwolle. Dat maakte dat o.a. mijn uitstapplaats voor mijn cursus genealogie: Delft Campus, per trein onbereikbaar was. Dus het gebruikelijke traject met stopplaatsen Rotterdam CS, Schiedam en Delft Campus was niet mogelijk. Daarvoor had NS bussen ingezet. Het was dan zo geregeld dat ik dan eerst een vervangende bus van Rotterdam naar Schiedam moest hebben, in Schiedam uitstappen en daar de volgende bus moest nemen, die dan naar station Delft zou gaan en tenslotte een derde bus moest pakken die van Delft naar Delft Campus zou gaan. Drie verschillende bussen om twee stopplaatsen van de trein te bedienen. Hoe kun je het verzinnen. De ervaring is dat er ook in de weekends dan te weinig bussen worden ingezet, met extra lang wachten tot gevolg. En dat dan drie keer achter elkaar. Een uur vertraging ten opzichte van het schema zat er dik in. Ik zag geen andere mogelijkheid om mijn cursusdag maar over te slaan en ik zegde hem dus maar af. Behalve heen moest ik namelijk uiteraard ook nog een keer terug. Van een aansluitend bezoek aan mijn broer in Maassluis kon het uiteraard helemaal niet komen. Vervolgens bood onze cursusleider aan om degenen die hierdoor getroffen werden, op te halen bij station Den Haag CS. Dat station was per trein wel bereikbaar. Dat liep allemaal als een speer. En hij bracht ons ook weer terug naar Den Haag CS. Maar dan. Hoe kom ik dan vanaf hier in Maassluis zonder trein? Dat bleek te kunnen met de Rotterdamse metro, die ook in Den Haag CS komt. Dus van Den Haag CS naar metrostation Beurs in Rotterdam, dan metro naar Steendijkpolder. Bij elkaar vijf kwartier en dan nog 20 minuten lopen naar Jan. Ruim anderhalf uur dus. Maar daarna moet ik dan nog naar Groningen. Eerst met de metro naar Rotterdam Alexander: een intercitystation, waar de trein naar Groningen normaal stopt. Maar deze keer niet, want er reden immers ook geen treinen van Nunspeet naar Zwolle. Er stopte die dag zelfs helemaal geen intercity, alleen een stoptrein. Deze stoptrein bracht je dan met -tig tussenstops via Gouda, Woerden en Breukelen naar station Duivendrecht. En pas daar kon je dan de intercity naar Groningen nemen. Zelfs met een uurtje bij Jan, was ik dan pas ruim na middernacht weer thuis. Gekkenwerk dus. En helaas moest ik mijn bezoek aan Jan dus afzeggen. In Den Haag kon ik dan meteen wel de intercity naar Groningen nemen. En zat dus om een uur of zeven bij onze Chinees.

Dinsdag 2 april 2024. De ambtenarenCAO.

Voor een bekende van mij, die binnenkort rijksambtenaar wordt, ben ik eens gedoken in de tegenwoordige regelingen voor de rechtspositie van rijksambtenaren. Die regelingen kon ik in de zestiger en zeker zeventiger jaren en in feite tot en met 1988 van voor naar achteren en omgekeerd uit het hoofd opzeggen. Ik moest dat ook wel kunnen, omdat ik steeds aan anderen moest vertellen (als personeelsmens) hoe de regels waren en waarom ze zo waren. Daaraan kwam dus een einde op 1 januari 1989 bij de verzelfstandiging van de PTT. Toen werd het ‘staatsbedrijf der PTT’ zoals het officieel heette, omgezet in KPN N.V. en daarmee een particuliere onderneming. In feite heb ik dus inmiddels 35 jaar niet of nauwelijks naar de ambtenarenregelingen omgekeken. En de verrassingen waren dus groot en talrijk nu ik er vandaag voor het eerst weer inkeek. Ik weet nog dat de VPSZ (een naslagwerk van vijf kloeke banden bij de PTT, hoe alle rijksregelingen en de specifieke PTT-regelingen voor personeel waren en wekelijks werd aangevuld) precies op de verzelfstandigingsdatum, 1 januari 1989, werd afgeschaft en vervangen werd door de nieuwe CAO voor de PTT, een boekje op A5-formaat van pakweg 50 bladzijden en dat een heel jaar geldig was. Wat een wereld van verschil was dat. Tegenwoordig is er dus ook voor de rijksambtenaren een CAO. Bij eerste blik bleek dit werk ruim 300 A4-tjes lang te zijn. En er staan talrijke nieuwigheden in, waar ik nog nooit eerder van gehoord had. Afkortingen bij de vleet die me helemaal niets zeiden. Als ik deze bekende eens zou willen bijstaan, dan ben ik wel een paar dagen zoet om me alle nieuwe dingen eigen te maken. Ze komen wel neer op – op het eerste gezicht en gevoel – een zeer aanzienlijke verbetering van de positie van de rijksambtenaar. Wat daar niet geregeld staat zijn de pensioenrechten. Betrokkene komt van een ander pensioenfonds en gaat nu dus naar het ABP. Die heeft straks of twee pensioenen of moet de verworvenheden van het oude fonds over laten hevelen naar het nieuwe. Maar ook de pensioenregelingen zijn uiteraard fors gewijzigd, en daar kan ik ook al nauwelijks nog wijs uit.

Donderdag 11 april 2024. Enschede.

Woensdag was het weer vroeg op, want het was weer een dagje Enschede. En zowel de heen- als de terugreis liepen weer op rolletjes. En daartussendoor hadden we weer twee goede vergaderingen. Het is wel te merken dat het gezelschap niet alleen gemiddeld ouder wordt en meestal ook al op leeftijd is. Meerdere deelnemers hebben dan of zelf of bij hun directe naasten, last van medische problemen, waarvoor uiteraard aandacht nodig is. Ik krijg zonder de minste twijfel ook nog een beurt, maar er is uiteraard niets over te zeggen wanneer dan. Na deze kleine somberte valt nog te melden dat ik weer in Duitsland voor boodschappen was en in de avond weer eens bij onze Chinees. Het was een goede en nuttige dag.

Zaterdag 13 april 2024. Zr Ms Groningen.

Het was geen betekenisvolle dag. In de morgen mijn favoriete brood gehaald, zodat ik weer voor enkele weken brood in huis heb. In de middag de ‘gewone’ boodschappen gedaan, plus een extra ommetje. Verder ging het geplande bezoek aan Enschede op het laatste nippertje niet door, wegens medische probleem bij de gastvrouw. Dat wordt dus op een nog onbekende dag nog gedaan. Verder vond ik onderstaande foto wel mooi. Zr Ms Groningen aangemeerd in Key West in Florida.

Zondag 14 april 2024. Mijn oudste broer.

Zaterdag een flink bezoek aan mijn oudste broer in Leiden. Voor de verandering niet gecombineerd met een ander bezoek, maar deze keer met als enige doel: deze broer. De combinatiebezoeken bevallen me namelijk niet. Komend uit het Noorden, heb ik sowieso een reistijd van tweemaal drie uur is zes uur op een dag nodig. Er hoeft bijna niks verkeerd te gaan, of het lukt niet om de afspraken na te komen. Een vorige keer viel zijn huisarts onverwacht binnen en dan moet je of meteen weglopen, of het uitzitten tot deze weer weg is, en dan gaat de volgende afspraak verkeerd. Ook was de trein een keer vertraagd en moest ik voor mijn doen hard lopen om de volgende te halen, gevolgd door een val. Een combi is wel eens onvermijdelijk als er links of rechts plots iets gebeurt waar ik mee te maken heb. Maar deze keer ging alles dus helemaal volgens plan.

Het verschil tussen iemand regelmatig zien, of iemand maar één keer per jaar zien, is dat je – zeker bij oudere of zieke mensen – je het verschil met de vorige keer zo goed kunt zien. De laatste herinnering zit dan nog in je hoofd en je ziet ineens dat het nu een stuk beter of juist minder goed met de persoon gaat ten opzichte van die herinnering. In dit geval merkte ik vrijwel meteen dat hij er intussen niet echt op vooruit is gegaan. Gelukkig kan geen mens de toekomst voorspellen, dus er is niets te zeggen over de prognose. Wel valt me steeds nadrukkelijker op dat mijn beide broers, waarschijnlijk zelfs hun hele leven, niet veel beweging hebben gekend. We zijn alle drie geen sportmensen en we zijn geen van drieën ooit met een sport bezig geweest. En bewegen, lopen of fietsen hebben mijn beide broers ook nooit gedaan, anders dan wat strikt noodzakelijk was. Toch zijn ze intussen 83 en 85 jaar oud. Dus je kunt er blijkbaar toch behoorlijk oud mee worden. Maar ik blijf eigenwijs en blijf bewegen, wandelen en fietsen zolang ik het kan. Daar voel ik me prettiger bij.

Dinsdag 16 april 2024. De Weersverwachting.

Dat was dan weer mijn periodieke bezoek aan de tandarts. De avond tevoren al bezocht ik de buienradar en daar zag ik dat op en rondom mijn bezoektijd er een enorm regengebied over onze streek zou trekken. Vanaf de vroege morgen keek ik na of die situatie er nog steeds was. Het gebeurt namelijk vaak genoeg dat de prognose veranderd wordt. Maar dat was steeds niet het geval. Het was inmiddels KNMI Code Geel geworden, vanwege de vele te verwachten regen. In de laatste prognose, vlak voor mijn vertrek van huis, zag ik voor het eerst dat het op de heenweg (plm 1,5 kilometer lopen) misschien wel mee zou kunnen vallen. Maar op de terugweg zou ik alsnog de volle laag moeten krijgen. De hele heenweg heb ik niet meer dan vijf druppeltjes op mijn huid gevoeld. Dus dat viel inderdaad heel erg mee. Terwijl ik in de tandartsstoel zat, kon ik via de bovenlichten in de behandelkamer de lucht zien. En die werd maar niet donkerder, wat je zou verwachten als er een schip met zure appelen voorbij zou komen. Na de behandeling kwam ik goed voorbereid buiten en zag dat het (nog) kurkdroog was en zelfs met een vrij heldere hemel. Er kwam zo te zien ook niks bijzonders aan. Dus ik besloot ter plekke om om te lopen via de mooie winkels in de Oostwijk. Dan was het niet 1,5 kilometer naar huis, maar zeker een kilometer meer. Tot aan de winkels bleef het droog, boodschappen gedaan en toen naar huis. Van daar naar huis gelopen en tot en met de voordeur: geen druppel. En ook daarna keek ik af en toe naar buiten, maar het betrok niet tot aan zonsondergang. De weersverwachting met de vele voorspelde regen was totaal niet uitgekomen. Er was zelfs precies het tegenovergestelde weer: droog met een zonnetje. Meteorologie is blijkbaar een erg moeilijk vakgebied.

Vrijdag 19 april 2024. Ligusters en haagbeuken.

Al een week of twee zie ik overal tijdens mijn wandelingen de ligusterhagen uitlopen. Al die heggen staan nu volop in blad. Terwijl tegelijk de haagbeuken, waar ik uiteraard ook langsliep, maar compleet kaal bleven. Maar gisteren waren ze er ineens: uitlopende haagbeuken. Het was nog niet overrompelend veel, misschien voor 20%, maar het uitlopen is nu echt begonnen. Ik heb uiteraard geen flauw idee of dat nu eerder dan anders is, maar ik meld het hier, zodat ik het volgend jaar met dit jaar kan vergelijken.

Zaterdag 20 april 2024. Verjaardagen.

Een gedenkwaardige dag, o.a. omdat broer Jan vandaag jarig is. Zoals gebruikelijk zal ik daar niet bij zijn. Ik kan me zelfs niet herinneren wanneer de laatste keer was dat ik een verjaardag in familiekring heb gevierd. In elk geval moeten dat mijn kinderen geweest zijn, met wie ik traditioneel steeds op hun verjaardag uit eten ging. De jongste werd in 2009 achttien, en die verjaardag heb ik zeker niet met hem gevierd, dus het zal één of enkele jaren eerder zijn geweest. Maar met mijn broers en andere familieleden moet het haast wel in mijn kindertijd voor het laatst zijn geweest. Dat is echt wel een poosje terug.

Maandag 29 april 2024. Een nieuw contact.

En opeens heb ik via via een nieuw contact gekregen. Het betreft een huurdersorganisatie in Amsterdam die in de knoop zit met hun verhuurder. Ik had die zaak wel in de media en in de vakbladen gevolgd en had al vastgesteld dat ze in hoger beroep voor het Gerechtshof van Amsterdam in het gelijk waren gesteld. Bij het doornemen van die zaak viel me al op dat ze zich hadden laten bijstaan door een advocaat en dat voorspelt bij een zaak als deze niet veel goeds. Want het aantal advocaten/juristen dat weet heeft van de Overlegwet, waar het in deze zaak om ging, laat staan echt op de hoogte is, is heel erg klein. Ik heb er nooit meer dan twee weten te ontdekken, en dat waren dan nog advocaten die heel veel wisten van de Woningwet. Dat is toch weer een andere Wet. In een telefoongesprek van mij met een lid van het bestuur konden we veel kennis uitwisselen, maar er bleef nog zoveel gespreksstof over, dat we maar een afspraak hebben gemaakt. Die gaat dus binnenkort plaatsvinden.

Zaterdag 4 mei 2024. De Overlegwet.

Op het nippertje ging vandaag een bezoek aan Amsterdam niet door. Dat bezoek is dus enkele dagen uitgesteld. Ik had me goed bewapend. En dat is dus straks nog steeds zo. Na bestudering van de te bespreken casus viel me een structuurfout op. De juristen (van beide partijen) die zich hiermee hebben bemoeid hebben de zaak beschouwd als een vordering van de één (de huurdersorganisatie) op de ander (de verhuurder), waarvan de oorzaak ergens in het verleden is ontstaan. Dat is wat alle juristen op school (de universiteit) hebben gehad en dat pad wordt dan dus bewandeld. Deze aanpak is dan een stevige miskenning van de rechten van de huurders en hoe die in de Wet zijn opgebouwd, want met hun aanpak kijk je permanent achterom. In de Overlegwet, en daar gaat het hier om, is voorgeschreven of tenminste bedoeld dat de huurdersorganisatie een begroting opmaakt (dus doorgaans voor een toekomstig jaar), waarover wordt overlegd met de verhuurder en als men daar geen overeenstemming over kan bereiken het geschil wordt voorgelegd aan de rechter, die een knoop doorhakt. De Overlegwet bepaalt ook nog welke kosten in aanmerking voor vergoeding komen, dus een eenmaal door de rechter vastgelegd bedrag voor de structurele kosten geldt ook voor volgende jaren, eventueel gecorrigeerd voor inflatie. Mogelijk zelfs ook voorafgaande jaren. Maar dat is duidelijk iets heel anders dan permanent achterom kijken welke kosten voor vergoeding door de verhuurder in aanmerking komen. Het is frappant dat in alle stukken van de advocaten van beide kanten geen enkele keer het woord ‘begroting’ voorkomt. En er zijn nog meer punten waaruit duidelijk blijkt dat de juristen op hun kennis van en ervaring met vorderingen teruggrijpen, en waarbij niet is gekeken wat de Overlegwet daarvan zegt. Ook de rol van de Woonbond is hier dubieus, omdat die nu eenmaal altijd voor de huurcommissie als beroepsinstantie kiest, waar je bij een rechter maar heel weinig aan hebt. Immers de rechterlijke macht zorgt voor jurisprudentie en niet de huurcommissie. Je kunt bij de Woonbond geen enkele aanwijzing vinden wanneer je beter naar de rechter kan in plaats van naar de huurcommissie of net andersom. Dit is al en wordt nog meer een interessante casus.

Maandag 6 mei: tandartsbezoek.

Dinsdag 7 mei: bezoek aan Oldenzaal, voor overleg over het huurdersplatform.

Woensdag 8 mei: bezoek aan Amsterdam bij een Huurdersorganisatie.

Donderdag 9 mei, Hemelvaartsdag, de binnenstad, bezoek aan Dille en Kamille voor nieuwe keukenspulletjes.

Van zaterdag 18 mei tot en met vrijdag 24 mei een periode met lage rugpijn. Fout geslapen blijkbaar.

Maandag 20 mei 2024. Genetische Genealogie.

Tweede Pinksterdag.Intussen heb ik ook gezien dat in het nieuwe regeerakkoord ook iets geregeld is m.b.t. genetische genealogie, namelijk: Er wordt bij ‘cold cases’ ingezet op het gebruik van genealogische DNA-databanken. Dat is het. Daar moet Nederland het mee doen. Het probleem met dit zinnetje is dat Nederland dat al doet. Er staat helemaal niets nieuws in. Uiteraard is het gebruik van de genealogische databank van het NFI al jarenlang gebruikelijk. Daar zitten enkele tienduizenden mensen in. En er loopt een proef van het OM, sinds maart vorig jaar al, met twee casussen: een daderspoor bij een cold-case en het DNA van een aangetroffen stoffelijk overschot. Uitgezet bij twee bedrijven met de kleinste DNAbestanden van Nederland. Elk met het DNA van 1000 tot 1500 Nederlanders. Dus wat er in het programma staat gebeurt al. Alleen zo amateuristisch aangepakt, dat er geen enkel resultaat van te verwachten is. Er is ook, na 14 maanden proberen, nog niets over te melden. Precies volgens mijn verwachting. Er had moeten staan: Er wordt bij cold cases ingezet op het gebruik van de grote particuliere DNA-databanken. Dat zou pas goed nieuws zijn geweest.

Donderdag 23 mei 2024. Scootmobielen.

Dat was weer een dagje, of zelfs maar een anderhalf uurtje Enschede. En omdat deze keer de aanvangs- en sluittijd zo sympathiek was geregeld, deze keer ook met het openbaar vervoer. En dat liep exact volgens plan, zowel op de heen- als op de terugweg. Het ging onder andere over een nieuw beleid met betrekking tot het gebruik van scootmobielen. Vanaf 1 juli zijn er namelijk nieuwe landelijke voorschriften voor vluchtwegen van kracht, waarbij op elke vluchtweg geen hinderlijke voorwerpen of artikelen mogen worden geplaatst. De woningverhuurders zijn daarbij verantwoordelijk voor de handhaving. Scootmobielen mogen niet meer op galerijen in gangen en in andere doorgangen worden geplaatst. Ook andere zaken, zoals een bankje of bloempotten, zijn daar voortaan taboe. Zelfs schilderijen aan de wanden van doorlopen moeten worden verwijderd. Alles moet kaal. Voor de scootmobielen moeten dus speciale voorzieningen worden gebouwd, aangepast, deuren verbreed zodat zij uit het zicht en achter slot en grendel komen. De kosten daarvan zijn volgens mij voor rekening van de gemeente, omdat zij immers verantwoordelijk zijn voor de kosten van de WMO. In ‘ons’ gebied is alleen de gemeente Aalten – zo begreep ik – voornemens alle kosten voor haar rekening te nemen, terwijl de andere gemeenten slechts een deel willen vergoeden. Voor de huurders blijven dan de kosten van de huur van de stallingsruimte en voor het stroomverbruik voor het opladen. Maar volgens mij zouden die kosten ook voor rekening van de gemeente moeten komen, omdat die immers volgens de Wet alle kosten van een WMO-voorziening moet betalen. Wordt vervolgd.

Vrijdag 24 mei de voorzitter van de Amsterdamse club ontvangen, met wie ik al enkele weken contact heb. Uitgebreide gesprekken gevoerd en heel veel informatie gekregen en gegeven. Al met al zie ik het zonnig in. Vrijwel alles wat men wil, lijkt mij zeer haalbaar bij een rechtsgang. Het is nog wel een hoop werk om alle informatie in het het juiste format te krijgen en ook hebben sommige zaken nog wat voorbereiding nodig. Je kunt de verhuurder niet zomaar met een rechtszaak overvallen. Dat vraagt een zorgvuldige (en gedreven!) voorbereiding, waarbij de verhuurder ook in de gelegenheid gesteld moet worden zijn visie te geven en overleg met je te voeren. De toepasselijke Wet heet niet voor niets de Overlegwet. Bij sommige zaken zijn we al verder en kan de eerste rechtsgang relatief snel beginnen. Het zal zeker nog veel tijd en aandacht vragen, maar de stip aan de horizon heb ik al gezien. Ik verheug me op het hele proces.

Van vrijdag 31 mei tot en met zondag 2 juni.

Het lijkt wel even alsof het mijn bedoeling is om hier een weekbericht van te maken, maar dat is toch niet zo. Het is een zeer toevallige samenloop van omstandigheden. Met mij gaat intussen alles goed. Om even mijn geschiedenis bij te werken: de rugpijn, die ik op 17 mei opliep, na blijkbaar een moeilijke nacht is nu voor 95% weg. Maar restantjes voel ik nog steeds. Ik heb die rugpijn ook wel eens eerder gehad na een moeilijke lignacht, maar dat is gauw al 20 jaar geleden. Wat ik me me er nog van herinner is dat het binnen een paar dagen over was. Blijkbaar doet het lijf bij de ouder wordende mens er een stuk langer over om weer helemaal in vorm te komen. Deze keer gaat het dik drie weken duren voordat het helemaal weg is. Vrijdag 31 mei had ik weer eens een bezoekje aan mijn kapper, Angela. Dezelfde dag overleed geheel onverwacht Marion Wolters, directeur van woningcorporatie De Woonplaats, waarmee we jarenlang heel goed hadden samengewerkt. 1 juni was er mijn jaarlijkse ontmoetingsdag met vriend Hans Esveld in Rijswijk. Ik heb hem leren kennen in september 1967 bij de Staatsdrukkerij (SDUB) in Den Haag, mijn eerste vaste werkkring. Hij was daar iets eerder begonnen dan ik. Ook na mijn vetrek bij de SDUB in 1969 bleven wij nog jaren met elkaar omgaan, samen met een andere oud-collega, die inmiddels overleden is, totdat ook de afspraken met Hans om onduidelijke redenen stopten. Maar in deze eeuw hebben we ze weer opnieuw opgepakt: elk jaar rond deze tijd, en nu zeker alweer een jaar of tien, lunchen we bij een tent die eerst Carpe Diem heette en nu La Fontaine in Rijswijk. Het betekent uiteraard ook, zelfs alleen bij een lunch, heel vroeg opstaan en pas rond de dinertijd weer thuis. Ik heb uiteraard wel even getwijfeld of ik het nog zou combineren met een ander bezoek, maar besloot toch het bij deze ene afspraak te laten. Ik moet ook aan mezelf denken. De doorgaande treinen liepen wel op heen- en terugweg via de polders, maar het was en is mij niet duidelijk geworden waarom. Wie weet omdat de treinen naar Den Haag altijd zo gaan of er was iets loos met het spoor tussen Zwolle en Den Haag via het ‘oude land’. De NS zat het op mijn routes beslist mee, want er was geen vertraging van enige betekenis, op de heen- en op de terugreis. Zondag 2 juni had ik voor mezelf een rustdag ingelast en maandag moest ik dan hebben om achterstallige correspondentie e.d. af te doen. Dus ik kan er vanaf nu weer tegen.

Woensdag 5 juni 2024. Oud handschrift en LED-lampen.

Voor het eerst heb ik gisteren een opdracht gegeven om een aantal voor mij maar moeilijk of niet leesbare aktes om te zetten. Daar zijn blijkbaar twee methodes voor. De ene is een letterlijke transcriptie van alles dat er staat. De andere methode is het maken van een regest. Ik had nog nooit van dat woord gehoord, maar nu dus wel. Dan worden in hedendaags Nederlands alle voor de genealogische onderzoeker relevante gegevens omgezet. Alle tierelantijnen worden dan weggelaten. Ik kan haast niet wachten totdat ergens in het najaar mijn cursus ‘oude handschriften lezen’ begint.

Gisteren heb ik dan eindelijk alle lampen in mijn huis, laten vervangen door LED-lampen. Die gaan volgens de verpakking 10.000 branduren mee, alsmede verdragen ze 100.000 keer aan- en uitzetten. Zou iemand dat echt een keer bijgehouden hebben? Of dat vanaf de aanschaf bijhouden, om eventueel met een reclame de leverancier te belagen als het niet zou kloppen? Het was dus mooi aan het begin van de maand, zodat ik op 1 juli al kan vaststellen of ik nu minder stroom verbruik. De aanleiding was het sneuvelen van een/de lamp in de keuken. Toen ik die zelf even wilde vervangen kreeg ik wel het glazen bolletje los, maar de schroefdraad bleef in de fitting zitten. Ik ga op mijn 77e niet meer op een ladder staan en boven mijn hoofd werken. Het schrikbeeld van mijn vader en zijn slechte voorbeeld, zit nog altijd diep. Hij bestond het om op zijn 82e nog het dak van zijn huis op te gaan om iets kleins te repareren. Hij heeft dat niet overleefd. Dus heb ik ze vervolgens maar allemaal tegelijk laten vervangen door iemand die daar ervaring mee heeft en enige decennia jonger is dan ik.

Woensdag 20 juni.

Een dagje Enschede en Duitse boodschappen.

Dinsdag 25 juni 2024. Mijn oudst bekende voorvader.

Vanmorgen vroeg, meteen na het wakker worden, kreeg ik ineens het inzicht waar ik al jaren naar op zoek was. Het betreft mijn voorouders, en in het bijzonder Jan Leenderts van Leeuwen, ca. 1632 – 1714. Ik had al lang aangenomen dat zijn vader Leendert Balten van der Leeuw was. Maar volgens de recent ontvangen transcripties van oude akten, moest ik wel aannemen dat zijn vader Leendert Jacobs van der Leeuw was. Zijn moeder Maechteld Maertens, was na het overlijden van zijn vader hertrouwd met nog een Leendert van der Leeuw, en wel dit keer Leendert Balten van der Leeuw. Ik begreep al niet waarom Jan Leenderts’ eerste zoon Jacob heette. Dat had uiteraard Leendert moeten zijn, naar zijn vader. Maar als het Leendert was geworden, dan had niemand geweten naar welke Leendert het kind vernoemd was. Dus koos Jan Leenderts voor een vernoeming naar zijn opa: Jacob. Dan kon er geen misverstand meer zijn. De volgende vraag is dan waarom hij al zijn kinderen aangaf met de familienaam Van Leeuwen, en hij zich later zelf ook Jan Leenderts van Leeuwen, in plaats van Jan Leenderts van der Leeuw, zoals hij eerder geregistreerd stond, ging noemen. Ik vermoed dat hij nog verder onderscheid wilde maken met de andere ‘van der Leeuw’en. Mogelijk had hij ook ruzie met Leendert Balten en/of zijn moeder. Hij wou er in elk geval niets meer mee te maken hebben. Hij voelde zich meer thuis bij Claes van Leeuwen, die toen schepen in Moordrecht was. Hij zal het wel aan Claes hebben gevraagd als hij dezelfde familienaam koos. En ook moest hij een akkoordje sluiten met de dominee, die het moest noteren. Een andere verklaring kan ik niet bedenken. Zo moet het gegaan zijn. Heb gisteren ook nog verder gezocht naar meer informatie over mijn Moordrechtse voorouders, maar (nog) niet gevonden. Ik ben nog niet klaar. Een zekere Schaep was volgens één van de getranscribeerde aktes, Jan Leenderts’ zwager. Nu kan een zwager de man zijn van je zus, of een broer van je vrouw. Dan kan het in dit geval niet de broer van zijn vrouw zijn, want dan zou de zus, ofwel de vrouw van Jan Leendert ook een Schaep moeten zijn. Haar familienaam kennen we nog niet, maar daarvoor hebben we al twee kanshebbers-familienamen. De kans is groter dat het dan de man van zijn zus was. Dus dan had hij een zus!! We kennen nog geen enkele broer of zus van hem, omdat in de periode waarin ze ter wereld kwamen nog geen registratie in Moordrecht plaatsvond. Nu wreekt zich dat er van Moordrecht nog zoveel archiefmateriaal bestaat dat of nog niet op het internet staat en/of nog niet is geïndexeerd laat staan getranscribeerd. Zoals de aktes van notaris De Jongh uit Moordrecht. Die staan wel op het internet, bij de mormonen, maar zijn niet geïndexeerd laat staan getranscribeerd. Of de weeskamerboeken van Moordrecht. Daar moet heel veel familie-informatie instaan, op 50 centimeter archiefplank, maar die staan zelfs nog niet op het internet. Ik ga toch nog eens naar Gouda om te kijken hoe dit materiaal eruit ziet. En of het voor mij ook leesbaar is. Opmerkelijk is nog wel dat als deze Schaep de echtgenoot van de zus van Jan Leenderts van der Leeuw was, blijkbaar een Leeuw met een Schaep is getrouwd. Kon dat wel goed gaan?

Donderdag 4 juli de eerste verse kapucijners en de beide glasplaten voor mijn huiskamerkast opgehaald.

Het boek dat ik juli 2024 las.

Zondag 7 juli 2024. In Leusden werd een hond, een poedel, gegrepen en vermoord door een wolf en vervolgens meegenomen als voedsel voor zijn welpen.

Woensdag 10 juli 2024. Woensdag naar Maassluis om mijn broer te helpen met van alles nu blijkt dat de operatie toch niet zo goed gegaan als we allemaal gehoopt en verwacht hadden. Zowel op de heen- als de terugweg was er weer de nodige treinellende. Op de heenweg stopte de trein al in Hoogeveen wegens lopers op het spoor. Dat was voor het laatst op Koningsdag het geval. Als er dan een nationaal – meestal oranjegekleurde – feestje is, dan is sommig oranjekleed volk al vanaf de vroege morgen straalbezopen en gaat dan vreemde dingen doen, zoals op het spoor lopen. Op normale treindagen gebeurt zoiets niet, is mijn ervaring. De mededeling in de trein dat de trein niet verder ging(plm 10.15 uur) en we de volgende trein van 10.41 moesten nemen, geloofde ik meteen al niet. De NS is gewoon niet bij machte om een spoorprobleem in een half uur op te lossen. Dus werd het tijdstip verschoven naar 11.11. Maar ook dat was niet waar. Op de app vond ik uit dat er ook een bus ging van Hoogeveen naar Meppel en vanaf Meppel reden er dan weer treinen. Zo gezegd zo gedaan. Ik stapte dus in de bus naar Meppel, maar de chauffeur liep eerst nog even om de bus heen bleef bij beide achterwielen staan om foto’s te maken. Ze kwam de bus weer in en meldde dat de bus niet zou vertrekken wegens een technisch mankement. Dus iedereen ging de bus weer uit en terug naar het station. Iets of iemand wilde overduidelijk niet dat dat we te snel weer verder konden. Uiteindelijk vertrokken we dan wel per trein om 11.41 uur en hadden we anderhalf uur vertraging. NS had voor de hervatting het kleinst mogelijke treintje ingezet, voor ongeveer drie keer zoveel mensen als in een gewone trein, ten minste twee keer zo lange trein pasten. Voor het eerst in jaren bood een dame van een jaar of veertig mij haar zitplaats aan. Of ooit? Had ik dat wel eens eerder meegemaakt? Ja. Ik herinner me dat een vrouwelijke treinconducteur mij – alweer jaren geleden – een keer aanbood plaats te nemen in een hokje speciaal voor conducteurs. Het was dus weer eens als haringen in een ton en dan flink aangestampt. Maar ik zat. Uiteindelijk kwam ik met een reistijd van 5 uur en 45 minuten bij broer Jan aan. Na de dingen te hebben gedaan die ik wilde, met Jan nog een hapje gegeten bij Kevins’: voortreffelijk. Op het nippertje haalde ik om 19.28 uur de metro in Maassluis. Het was mooi om plm 23.15 uur weer thuis te kunnen zijn. Maar dat ging uiteraard niet door. Het was immers Oranjefeest. Kort voor Schiedam stond de metro stil. En hij bleef ook zes minuten stilstaan, zodat het niet meer mogelijk was de aansluitende verbinding op Alexander te halen. De metro en de trein waren best redelijk goed bezet, ondanks het feit dat het Nederlands voetbalelftal op dezelfde tijd de kwartfinale van het Europees Kampioenschap speelde. Pas de trein van Zwolle naar Haren , vertrek 22.24 uur uit Zwolle was vrijwel leeg. Wellicht wel tien passagiers. Tegen middernacht was ik weer thuis. De volgende morgen – donderdag – heb ik me stevig verslapen. Na zo’n lange dag komt er vanzelf meer slaap. En daardoor liep de hele donderdag enigszins in de soep. Voor de vrijdag had ik dus weer veel te doen.

Voor recentere bijdragen zie mijn blog.